Met een ander landbouwbeleid besparen we ruim 1,8 miljard euro

Op Europees niveau ging de discussie over het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) van start. En die discussie gaat over geld, veel geld. Een aantal landen (Frankrijk, Ierland, Portugal, Spanje, Finland en Ierland) liet al weten dat op landbouw niet bespaard mag worden. Minister Ducarme sluit zich hierbij aan. Eerder zette ook CD&V zich op deze lijn.

“Ieder jaar versluist de EU meer en meer van onze belastingcenten naar landbouwers in vooral Oost- en Zuid-Europa. Tussen 2000 en 2014 was dat gemiddeld zo’n 380 miljoen euro per jaar, van 2015 tot 2020 loopt dit op tot bijna 700 miljoen euro per jaar”, reageert Europees Parlementslid Sander Loones. “Het is onbegrijpelijk dat minister Ducarme deze transferten in stand wil houden. N-VA wil integendeel dat die centen in onze eigen Vlaamse en Waalse landbouwers worden geïnvesteerd.”

We steunen onze landbouwers zelf

‘Niet besparen op het Europese landbouwbudget’ en ‘Onze boeren moeten de brexit niet betalen’, dat bekt natuurlijk lekker. “Maar in werkelijkheid betekent dit dat er meer centen gaan naar de industriële landbouw in Oost- en Zuid-Europa die onze boeren concurrentie aandoet,” zegt Loones nog. “Maar het kan anders. Stel dat we in het GLB de Europese directe betalingen aan de landbouwers met 30 procent zouden verminderen. De Belgische bijdrage aan de EU kan dan met 2,91 miljard euro dalen. Onze boeren zouden minder steun krijgen van Europa, maar dat kunnen we makkelijk compenseren met de vrijgekomen middelen. Door een nationale cofinanciering van 1,061 miljard euro te voorzien, blijft hun totale directe inkomenssteun op precies hetzelfde niveau. De 1,849 miljard euro die we uitsparen zouden we zelfs kunnen gebruiken om onze landbouwers nog sterker te steunen dan vandaag.”